SPF staat voor Sun Protection Factor en is een maatstaf voor hoe goed een zonnebrandcrème de huid beschermt tegen UVB-straling. UVB-straling is de straling die verantwoordelijk is voor verbranding van de huid en kan bij langdurige blootstelling ook leiden tot huidkanker.
Een zonnebrandcrème met SPF 30 blokkeert ongeveer 97% van de UVB-straling, terwijl een zonnebrandcrème met SPF 50 ongeveer 98% van de UVB-straling blokkeert. Het is belangrijk om te onthouden dat SPF alleen de bescherming tegen UVB-straling aangeeft en niet de bescherming tegen UVA-straling.
Als de huid normaal na 10 minuten in de zon verbrandt, kun je met een SPF 15 ongeveer 150 minuten in de zon blijven zonder te verbranden (een factor 15 langer). Hoe lang je precies in de zon kan blijven zonder verbranding hangt af van het huidtype, de intensiteit van het zonlicht en de gebruikte hoeveelheid zonnebrandcrème. SPF is eigenlijk een maatstaf voor de bescherming tegen de hoeveelheid UVB-blootstelling en is niet bedoeld om de duur van de blootstelling te bepalen.
Voor de beste bescherming raden dermatologen aan minimaal een SPF van 30 te gebruiken, de juiste hoeveelheid aan te brengen (2mg/cm2 huid, of ongeveer een ons voor het hele lichaam) en zich elke 2 uur opnieuw in te smeren.
De meeste mensen brengen te weinig zonnebrandcrème aan en gebruiken ¼ tot ½ van de benodigde hoeveelheid.
Maar dit betekent niet dat je 1/4 of de helft minder bescherming hebt. Het is in praktijk nog minder. Een halve hoeveelheid van een SPF 30 biedt slechts een effectieve SPF van 5,5. Dat is bijna 6 keer zo weinig!
De SPF-schaal (Sun Protection Factor) is daarbovenop niet lineair:
Een manier om dit te bekijken is dus dat SPF 30 zonnebrandcrème slechts 4% meer bescherming biedt dan SPF 15 zonnebrandcrème. Ofwel:
Hoewel je het beschermingsniveau dus niet verdubbelt, houdt een SPF 30 de helft van de straling tegen die een SPF 15 op de huid doorlaat. Het is ingewikkeld, maar om het eenvoudig te houden, raden de meeste dermatologen aan een SPF 30 of hoger te gebruiken.
Zonnebrandcrèmes met een zeer hoge SPF, zoals SPF 75 of SPF 100, bieden geen beduidend betere bescherming dan SPF 30 en misleiden mensen die denken dat ze meer bescherming bieden dan in werkelijkheid het geval is. Bovendien moet de UVA-bescherming minstens 1/3 van de UVB-bescherming zijn om een breedspectrumbescherming te hebben. Zonnebrandcrèmes met een hoge SPF bieden gewoonlijk een veel grotere UVB-bescherming dan UVA-bescherming en geven zo een vals gevoel van volledige bescherming.
Er zijn verschillende bronnen die consumentenrapporten en studies publiceren over de effectiviteit van zonnebrandcrèmes. Enkele voorbeelden zijn:
De studies ontdekte ook dat veel zonnefilters niet zo goed werken als wordt geadverteerd, dus wees voorzichtig met het kiezen van een zeer lage SPF. Een SPF hoger dan 50 biedt niet heel veel meer bescherming. Bovendien is er een kans dat een fles waarop 50 staat in werkelijkheid minder SPF heeft. Ga bij twijfel voor 50 SPF.
Alle zonnebrandcrèmes moeten goedgekeurde tests ondergaan om een SPF-claim te mogen maken. Er zijn drie soorten SPF-tests:
Alle fabrikanten van zonnebrandmiddelen moeten exact dezelfde goedgekeurde tests uitvoeren, zodat de SPF-claims voor alle zonnebrandmiddelen, zowel chemische als minerale, consistent zijn. Alle SPF-tests worden in vivo (met menselijke proefpersonen) uitgevoerd.